Gerardus Henricus Josephus Alphonsus (Gerard) Huijsser
(Amsterdam 1892 – Hilversum 1970)
Gerard Huijsser volgde zijn opleiding aan de Amsterdamse Kunstnijverheidsschool Quellinus waar hij les kreeg van de kunstschilder Klaas van Leeuwen. Later volgde hij de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten te Amsterdam van 1919 tot 1923 en kreeg daar les van A.J. Derkinderen. Zijn werk bestaat voornamelijk uit schilderijen in olieverf en aquarel en tekeningen, die meestal landschappen en stillevens voorstellen, maar ook wel figuren in expressionistische stijl. Tevens vervaardigde hij boek- en journalistieke illustraties en ontwerpen voor glas in lood. In 1921 ontving hij de Cohen Gosschalkprijs. Huijsser reisde veel naar Turkije en Noord-Afrika. Hij werkte en woonde in Amsterdam, Bloemendaal, Haarlem en Laren. In 1925 vestigde hij zich in Parijs en later woonde hij korte tijd in Algiers en Tunis.
Huijsser was lid van schildersverenigingen St. Lucas, Het Genootschap “Kunst zij ons doel” te Haarlem, Het Nederlands Kunstenaars Genootschap “Amsterdam”, De Gooische Schildersvereniging en de Limburgsche Kunstkring.
In het buitenland exposeerde hij op de tentoonstelling van het “Institut de Carthage” 1927-1932 en de Groep der “Dodici Pittori Moderni” in Tunis 1933. Huijsser zocht zijn onderwerpen in Engeland, Frankrijk, Spanje, Marokko, Algerije, Tunesië.
Musea: Singer Museum in Laren, Stedelijk Museum Maastricht, Rijksmuseum Amsterdam en de rijkscollectie.
Gerard Huijsser studied at the Amsterdam School of Applied Arts Quellinus, where he was taught by the painter Klaas van Leeuwen. Later he attended the Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam from 1919 to 1923, where he was taught by A.J. Derkinderen. His work consists mainly of oil and watercolour paintings and drawings, which usually depict landscapes and still lifes, but also figures in an expressionist style. He also produced book and journalistic illustrations and designs for stained glass. In 1921 he received the Cohen Gosschalk Prize. Huijsser travelled extensively to Turkey and North Africa. He worked and lived in Amsterdam, Bloemendaal, Haarlem and Laren. In 1925 he settled in Paris and later lived briefly in Algiers and Tunis.
Huijsser was a member of painters’ associations St. Lucas, the Society “Kunst zij ons doel” in Haarlem, the Dutch Artists’ Association “Amsterdam”, the Gooische Schildersvereniging and the Limburgsche Kunstkring.
Abroad he exhibited at the exhibition of the “Institut de Carthage” 1927-1932 and the Group of the “Dodici Pittori Moderni” in Tunis 1933. Huijsser sought his subjects in England, France, Spain, Morocco, Algeria, Tunisia.
Museums: Singer Museum in Laren, Stedelijk Museum Maastricht, Rijksmuseum Amsterdam and the national collection.